Zoals aan Veenendaal het label kleeft
van Fiets- en Groen- en Winkelstad
is mijn persoonlijk stickervel ook volgeplakt
met termen die alles en tegelijkertijd
niets zeggen
over de vraag:
Wie ben ik?
Afhankelijk van waar, bij wie, hoe laat
ben ik
dochter, zus of ‘Vrouw
met die Gekleurde Jas’
Ik ben Wolpoes, Meisje Nooit Genoeg
Ik ben nooit te laat (nou ja, bijna) en wist al vroeg
dat ik in Veenendaal zeker níet
zou blijven
plakken.
Maar liefde kruipt waar het niet wil gaan
Hecht zich stevig
in mijn hart
aan de stad
waar
met alle laagjes
afgekrabd
wij – als tweecomponentenlijm –
samen
onszelf
zullen zijn.
Ik ben geboren en vaak opgetogen,
beelden schetsen, met woorden spelen,
moedertaal een allestaal maken voor leerlingen,
letters vertalen naar ‘uitzonderingen’.
Mede
klinkers als muziek in mijn oren;
dansen, bewegen, daarbij
noten lezen, nooit
in slaap vallen. Bij de les
blijven, open plekken aanschouwen
in het licht.
Deze zelf invullen,
dichten, om
blij het leven te lezen,
mijzelf te wezen.
Kiekeboe, Veenendaal.
Kijk wie we daar hebben:
daar komt Mats Beek als een
aap uit een mouw.
Hij stort zich weer in het
stadsdichterijgewoel,
en schrijft zijn verzen voor
u en voor jou.
Inzichten, associëren,
nieuwe dingen – uitproberen,
Woorden schikken
woorden wikken
en meer dan eens
van woorden schrikken
Een liefde voor taal en spelen,
en de passie om dit verder te delen.
Het begon op een krukje,
op verjaardagen, trouwerijen,
of het zomaar vragen om een woord,
schreef dan graag de teksten,
soms wel hele rijen,
en dan zorg dragen dat iedereen het hoort
Het begon in een doosje
bij moeder op zolder
waar veel tekstjes werden bewaard
het was nog niet sterk,
en soms frisse kolder
maar in haar hart heel veel waard.
Een liefde voor spelen met taal
bouwen aan een verhaal
Ik ben met een ingeslikt rijmwoordenboek,
voor altijd in de taal verloren, geboren.