CU: 'Ons laten overtuigen als we het misschien niet goed zagen'

VEENENDAAL - "Lukt het ons als ChristenUniefractie om ons in te leven in die inwoner(s) met dat andere geluid, hen te willen begrijpen, ons te laten overtuigen als we het zelf misschien niet gelijk goed zagen?" Die vraag stelt Jonathan van den Heuvel zich als raadslid af in de nieuwsbrief van de ChristenUnie (CU).

Maandag is met een grote meerderheid het Raadsakkoord 2022-2026 ‘Samen werken in vertrouwen’ vastgesteld. Een feestelijk moment waarmee ook onze wethouder Engbert geïnstalleerd kon worden. Als gevolg van het doorschuiven van Engbert is ook Rosita als raadslid bevestigd. Deze collegeperiode kan van start gaan.

"Maar wat voor akkoord ligt er nu eigenlijk? Met welke opdracht wordt dit college de komende jaren op pad gestuurd? Van een afstandje lijkt het veel van hetzelfde. We zien dezelfde vier partijen (ProVeenendaal, ChristenUnie, SGP en VVD) die elkaar hebben gevonden. En ook de wethouders behoeven geen introductie meer. Toch belooft het Raadsakkoord dat er veel kan gaan veranderen. Dit is al zichtbaar in de manier waarop dit akkoord tot stand is gekomen. Het coalitieakkoord is namelijk geen dichtgetimmerd akkoord vol met harde afspraken. Het is niet ontstaan na een lange onderhandeling en uitruil van politieke wensen. Het is ook niet bedoeld om de coalitiepartijen strak bij elkaar te houden. Nee, waar wij voor staan is een open raadsakkoord, opgezet langs de belangrijkste thema’s en uitdagingen waar Veenendaal de komende 4 jaar voor staat. Vanuit die thema’s zal de gemeenteraad zelf het initiatief moeten gaan nemen om belangrijke onderwerpen te agenderen. In politiek jargon wordt dan ook wel gezegd dat ‘de raad zelf meer in positie moet komen’ oftewel de bal ligt bij de gemeenteraad en minder bij het college", schrijft Van den Heuvel.

Hij vindt dat een open Raadsakkoord niet uit gaat van de vaak bekritiseerde coalitiediscipline, maar aanmoedigt om over de volle breedte van de Raad samen te werken. Dit zal als gevolg hebben dat er meer met wisselende politieke meerderheden wordt gewerkt, verwacht het raadslid van de CU. "De scheidslijn tussen coalitie en oppositie wordt minder. Dit betekent voor alle politieke partijen een oefening in samenwerken. De ‘natuurlijke’ scheidslijn tussen coalitie en oppositie vervaagt, waardoor er meer ruimte is om samen te werken op thema’s die partijen onderling binden. Naast samenwerking vraagt een open Raadsakkoord ook om een open houding. Dit vraagt om vertrouwen in elkaars beste bedoelingen ook al krijgen we dan niet altijd gelijk."